ST500 | Minimale frequentie voor extern potentiometer

In de fabrieksinstelling komt de linker eindpositie van een potentiometer (1kΩ–10kΩ) die op AI1 is aangesloten overeen met een frequentie van 0Hz bij frequentieopgave via extern signaal.

Om in plaats daarvan de motor bij de linker eindpositie met een minimale frequentie te laten draaien, is aanpassing van de parameters nodig.

Met de parameters F1.12 tot F1.23 kunnen drie aanpassingscurves worden gedefinieerd, die met parameter F1.24 kunnen worden toegewezen aan de twee analoge ingangen en het paneelpotentiometer.

Bij een potentiometer op AI1, een ondergrensfrequentie van 25.00Hz en een bovengrensfrequentie van 50.00Hz is een beginwaarde-instelling van 50% nodig. Als de fabrieksinstellingen van de frequentieregelaar verder ongewijzigd blijven, wordt dit geparametreerd als F1.13 = 50.00%.

Tags: